RECENTE REACTIES
VOLG MIJ
logo
Ons huidige economische systeem, het kapitalisme, zorgt ervoor dat de parasitaire sector zich gemakkelijk kan verrijken. De rest van de mensen verarmt steeds meer. Halverwege de 19e eeuw heeft de bekende Duitse filosoof Karl Marx (1818-1883) de oorzaak van deze wisselwerking al achterhaald. Werknemers worden uitgebuit door hun bazen. De meerwaarde waar werknemers voor zorgen, is bestemd voor de top.
Uitbuiting als verdienmodel, terug van nooit weggeweest
Sweatshop in Bangladesh   Bron: Schone Kleren Campagne
M
arx brengt in zijn hoofdwerk Het Kapitaal (1867) uitvoerig de uitbuiting onder de aandacht. Het kapitalistisch systeem is volgens Marx afhankelijk van de werknemer, die meer waarde produceert dan hij kost. Hij deelt zelf niet mee in de winst, want die is voor de kapitalist, het bedrijf of de baas. Dit is het principe van uitbuiting. Marx schrijft dat de werknemer in dit systeem eigenlijk niet meer is dan een machine voor de productie van meerwaarde of winst.
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.742
De kapitalist zal er alles aan doen om de loonkosten per product te verlagen, want dan stijgt zijn winst. Globaal gezegd: hoe lager het loon en hoe hoger de winst, hoe groter de mate van uitbuiting (de uitbuitingsgraad).
Wim Boerboom, De uitbuitingsgraad anno 1997, Solidariteit 11/97
Bekijkenpingback
Marx schreef over de uitbuiting van de arbeidersklasse in de begindagen van het industrieel kapitalisme. Aan de werkdagen en werkweken kwam geen einde. De arbeiders werden tot uitputting gedreven voor niet meer dan een hongerloontje. De bazen hadden totaal geen oog voor de gezondheid en het welzijn van hun medewerkers.
“Capital (...) takes no account of the health and the length of life of the worker, unless society forces it to do so. Its answer to the outcry about the physical and mental degradation, the premature death, the torture of over-work, is this: Should that pain trouble us, since it increases our pleasure (profit)?” (Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.381)
Dit meedogenloze gedrag is niet afhankelijk van de goede of kwade wil van een individuele werkgever. De concurrentie op de markt bepaalt de werkwijze van de kapitalist. Vergroten zijn mede-kapitalisten de uitbuitingsgraad, dan moet hij mee. De individuele kapitalist kan niet achterblijven. Hij moet hoe dan ook winst maken
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.433
: “Accumulate, accumulate! That is Moses and the prophets!”
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.742
Winst maken is de drijfveer van dit systeem. Maar de keerzijde van deze opeenhoping van kapitaal, is de uitbuiting van de werknemer. Uitbuiting ligt voor Marx aan de wortel van het kapitalistisch systeem.
Marx schrijft in Het Kapitaal wat de gevolgen van uitbuiting kunnen zijn. Hij geeft het voorbeeld van Mary Anne Walkley die in een kledingfabriek gemiddeld 16,5 uur achter elkaar werkte, zonder pauzes en tijdens drukke tijden vaak wel 30 uur. Zij werd ziek en overleed uiteindelijk aan het harde werken en de slechte arbeidsomstandigheden.
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.365
Ook uit de boeken van Charles Dickens weten we hoe verschrikkelijk die tijd was voor de arbeiders. Inmiddels is er veel ten goede veranderd. De arbeidsomstandigheden zijn verbeterd en de lonen zijn verhoogd. Je kunt in deze tijd toch niet meer van uitbuiting spreken?
Uitbuiting in sweatshops
Toch wel. We kennen allemaal de verhalen over sweatshops in China en andere lagelonenlanden. De Canadese journaliste Naomi Klein wijdt een deel van haar boek No Logo (2002) aan sweatshop labor. Zij schrijft dat rijke multinationale bedrijven, die hier de wet moeten naleven, in de lagelonenlanden terugvallen naar een niveau van uitbuiting dat negentiende-eeuws aandoet. Bedrijven nemen geen verantwoordelijkheid meer voor hun productie, maar besteden deze uit aan contractanten, subcontractanten en thuiswerkers.
“Op elk niveau concurreren de producenten met elkaar om de lonen te laten dalen en op elk niveau eisen eisen contractanten en subcontractanten hun kleine percentage van de winst op. En aan het einde van deze keten van loven en bieden staat de arbeider (...) met een loonstrookje waarvan door elke contractant en subcontractant iets is afgeknabbeld.”
Klein citeert uit een rapport uit 1997 over de Chinese schoenfabrieken van Nike en Reebok: “Wanneer de multinationals de subcontractanten uitknijpen, buiten de subcontractanten de arbeiders uit.” Naomi Klein, No Logo (2002), p. 245
Arbeidsorganisaties hebben vastgesteld dat een menswaardig loon van een arbeider in China ten minste 87 dollarcent per uur zou moeten bedragen. Van dit geld zouden ze gezond kunnen leven en wat geld naar hun familie kunnen sturen. Voor de multinationals die hun productie van het Westen naar deze landen verplaatsen, levert dit al een besparing van arbeidskosten op van plus minus 9 dollar per uur. Maar dit is voor hen nog niet genoeg. Het loon dat uiteindelijk aan de werknemer betaald wordt, is geen 87 dollarcent, maar tussen de 13 en 35 dollarcent per uur.
Deze cijfers die Naomi Klein in haar boek verzameld heeft, zijn van 1998. Naomi Klein, No Logo (2002), p. 245
De werkomstandigheden in sweatshops zijn slecht: werknemers werken 6 à 7 dagen per week en de werkuren per week variëren van 60 tot 93 uur. Daarnaast is er nog het verplichte overwerk in drukke tijden, dat meestal niet wordt betaald.
WvI, Verbijstering als je ziet hoe je kleren gemaakt worden 18/02/15
Bekijkenpingback

Naomi Klein, No Logo (2002), p. 545

Naomi Klein vertelt in haar boek No Logo over Carmelita Alonzo, een naaister in een sweatshop in China, die kleren in elkaar zette voor het kledingmerk Gap. Na heel veel verplicht overwerk tijdens een bijzonder druk topseizoen kreeg zij longontsteking, een veel voorkomende ziekte in de fabrieken in China, waar het overdag heel heet is en waar de lucht ’s nachts erg vochtig wordt. Ze vroeg haar manager of ze naar huis mocht om beter te worden. Ze kreeg geen toestemming. Tenslotte moest ze in het ziekenhuis worden opgenomen, waar ze op 8 maart 1997 stierf.
Naomi Klein, No Logo (2002), p.249-50
De laatste jaren is een groot deel van de kledingindustrie naar Bangladesh verplaatst. Voor de westerse kledingmerken is hier nog meer winst te behalen, omdat de lonen er nog lager zijn. Het minimum maandloon is er ongeveer 30 euro, voor werkweken van 6 of 7 dagen, van ’s ochtends acht tot ’s avonds tien uur. De arbeidsomstandigheden zijn nog slechter dan in China.
Ramp Rana Plaza     Bron: Schone Kleren Campagne
Een jaar geleden stortte het bedrijvencomplex Rana Plaza in Bangladesh in. Hoewel de gebouwen scheuren vertoonden en het dreigden te begeven, werden de werknemers gedwongen om toch aan de slag te gaan. Meer dan 1000 mensen vonden de dood, meer dan 2000 mensen raakten gewond.
Dick Wittenberg schreef hier onlangs een belangwekkend artikel over in De Correspondent. Dick Wittenberg, Wat er allemaal schuilgaat achter het t-shirt dat je aanhebt, De Correspondent, 01/04/2014
Bekijkenpingback
Marx schetst de uitbuiting als een mechanisme dat de arbeid van werknemers beschouwt als de benzine voor de motor van het systeem, die helemaal wordt opgebruikt. De werknemer raakt volledig uitgeput en blijft berooid achter, soms tot de dood er op volgt.
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.381
De behoeft om winst te maken kent geen grenzen. Als het aan de kapitalist ligt, zal hij de twee bronnen van rijkdom, de aarde en de arbeider, volledig verteren.
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.638
De kapitalistische winstmachine, de uitbuiting, ontziet niets en niemand.
Uitbuiting bij Apple
Apple is een voorbeeld van een bedrijf dat zijn productie heeft uitbesteed aan werknemers in lagelonenlanden. Apple is een van de grootste bedrijven ter wereld. Misschien wel de grootste ooit als je kijkt naar de beurswaarde. Het bedrijf is in zijn geschiedenis drie keer bijna failliet gegaan, maar de laatste tijd gaat het Apple voor de wind. Het is een Wall Street Darling geworden. De waarde van het aandeel Apple is de afgelopen 5 jaar bijna vervijfvoudigd.
Waar komt het succes van het bedrijf vandaan? Apple is zeer goed in product-design, pr en marketing. De IPod, de IPhone en de IPad die het bedrijf nu ontwikkeld heeft, zijn ‘cool’: iedereen wil ze hebben. Het bedrijf weet een hoge winstmarge te realiseren, omdat het de producten laat maken tegen minimale kosten. De productiekosten van een IPad zijn 196 dollar. De loonkosten maken daar maar een klein onderdeel van uit, namelijk 8 dollar. De minimale verkoopprijs van de tablet is 499 dollar. Er zijn het afgelopen jaar 70 miljoen IPads verkocht, dus de behaalde winst is gigantisch. Maar de mate van uitbuiting ook.
Admin, Productieprijs Ipad 3 zo’n 196 dollar, Ipad3Nieuws 04/03/12. Op deze site staat ook de reportage van Eén Vandaag die de moeite waard is.
Bekijkenpingback

Gonny van der Zwaag, Apple-kwartaalcijfers: recordaantal 33,8 miljoen iPhones, 14,1 miljoen iPads verkocht, Iphoneclub 28/10/13
Bekijkenpingback

In februari 2011 dineerde de Amerikaanse president Obama in Silicon Valley. Hij had een vraag voor Steve Jobs, de CEO van Apple. Waarom kan de productie van het bedrijf niet in Amerika plaatsvinden? Steve Jobs antwoordde dat dit onhaalbaar is. In 1983 was Jobs nog trots dat Apple’s Macintosh helemaal in Amerika gemaakt was, nu stelt hij dat dit niet langer tot de mogelijkheden behoort. Waarom niet?
De producten van Apple worden in China gefabriceerd door een toeleverancier genaamd Foxconn. Hier werken de 700.000 mensen die de IPhone, de IPod en de IPad in elkaar zetten. Apple geeft zelf toe dat ze de productie buiten Amerika organiseren omdat de lonen daar lager zijn. Maar wat ook meespeelt is de ‘flexibiliteit en de snelheid’ die in China in tegenstelling tot Amerika mogelijk zijn.
Foxconn medewerkers aan het werk voor Apple
Een bestuurslid van Apple geeft een voorbeeld. Apple besloot op het laatste moment tijdens de ontwikkeling van de iPhone dat er een ander, minder krasgevoelig, scherm gebruikt moest worden. Om 0:00 uur kwamen de nieuwe schermen bij de Foxconn fabriek waarna er meteen 8.000 arbeiders werden geronseld, uit de slaapvertrekken van de fabriek. Ze kregen een biscuitje en een kopje thee en konden meteen aan hun 12-urige dienst beginnen door de nieuwe schermpjes in de telefoons te zetten. “De snelheid en de flexibiliteit van de fabriek zijn adembenemend”, zegt het bestuurslid. “Er is geen Amerikaans productiebedrijf dat hen dit na doet”.
Charles Duhigg en Keith Bradsher, How the U.S. Lost Out on iPhone Work, The New York Times 21/01/12
Bekijkenpingback
Nee, dit is in Amerika niet mogelijk, want wat zijn de condities van dit werk? Er worden 12-urige diensten gedraaid, 6 dagen per week. Men slaapt opeengepakt in een kamertje met 7 anderen en kan zomaar gewekt worden voor overwerk. In de fabriek mag je niet met elkaar praten en als je een fout maakt, wordt je publiekelijk vernederd.
In landen als China hebben arbeiders nauwelijks rechten. Bedrijven komen daar in een soort blanco situatie terecht, waarin ze helemaal zelf kunnen bepalen hoe ze werken. Geen vakbonden of politieke partijen nemen het voor de werknemers op en er is geen arbeidsrecht of toezicht. De kapitalist kan hier zelf de arbeidsomstandigheden en en de hoogte van het salaris bepalen. Als bedrijven de kans krijgen, laten ze dit niet lopen. Door naar deze gebieden af te reizen is het mogelijk producten te laten maken tegen een zeer laag arbeidsloon, waardoor de meerwaarde en de winst kunnen stijgen, maar waardoor ook de uitbuiting enorm toeneemt.
Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.915; David Harvey, A Companion to Marx's Capital (Verso, 2010), p.298
Uitbuiting in Nederland
Je zou kunnen denken: ze hebben het niet best getroffen, daar in die lagelonenlanden, maar gelukkig hebben wij het hier beter voor elkaar. Een ‘gewone’ arbeidsrelatie in ons eigen land zullen wij niet zo snel associëren met uitbuiting. Want hier gelden toch normale arbeidstijden, een fatsoenlijk loon en een zeker arbeidsrecht? Maar de schrijver Will Tinnemans merkt op: “Ook in de westerse wereld is echter sprake van een toenemende druk op niet- of laaggeschoolde arbeiders om harder te werken en slechtere arbeidsomstandigheden en -voorwaarden te accepteren”.
Will Tinnemans (Nieuw Amsterdam, 2011), Voor jou tien anderen, uitbuiting aan de onderkant van de arbeidsmarkt, p.44
Bekijkenpingback
Het boek Onzeker Bestaan van Tinnemans staat vol met voorbeelden van ‘werkende armen’, zoals deze mensen worden genoemd.
De ‘werkende armen’ zijn in ons land misschien nog relatief zeldzaam, maar in Amerika vindt je ze al veel langer. Lees daarvoor het boek De achterkant van de Amerikaanse droom van Barbara Ehrenreich (Atlas, 2005)
Deze groep groeit. Nederland telt intussen zo’n 1,25 miljoen laagbetaalden. “Zij verdienen € 10,- bruto per uur – of minder. Hun aantal is de afgelopen dertig jaar verdubbeld. Ze overlappen grotendeels met de groep flexwerkers, intussen zo’n twee miljoen.”
“Trekken we er bijverdienende studenten en scholieren vanaf, dan blijven er nog altijd honderduizenden over die van dat inkomen moeten leven.” Will Tinnemans en Chris de Bode, Onzeker Bestaan. Leven aan de rafelrand van de arbeidsmarkt (Nieuw Amsterdam, 2009), p.9 en 14
De flexwerkers (werknemers met tijdelijke contracten, oproep- en invalkrachten, uitzendkrachten, schijnzelfstandigen en thuiswerkers) zijn de kwetsbaarste groepen op de arbeidsmarkt. De eerste die eruit vliegt als het slechter gaat, is de flexwerker. “Deze mensen leiden een onzeker bestaan, omdat ze mét een baan al elke dag door de financiële bodem kunnen zakken en dan ook nog eens vandaag niet weten of ze morgen misschien op straat staan.”
Will Tinnemans en Chris de Bode, Onzeker Bestaan. Leven aan de rafelrand van de arbeidsmarkt (Nieuw Amsterdam, 2009), p.14
De flexwerkers leven aan de rand van de arbeidsmarkt, in een combinatie van “beroerde arbeidsomstandigheden, slechte betaling en een gebrek aan waardering door werk- en opdrachtgevers.”
Will Tinnemans en Chris de Bode, Onzeker Bestaan. Leven aan de rafelrand van de arbeidsmarkt (Nieuw Amsterdam, 2009), p.15-6
Als deze werknemers zich assertief opstellen, wordt al gauw opgemerkt ‘dat er voor jou zo tien anderen klaar staan’.
Maar welk loon je ook ontvangt en hoe de arbeidsomstandigheden ook zijn, voor Marx wordt elke kapitalistische werkgever-werknemerverhouding gekenmerkt door uitbuiting. Uitbuiting is in het kapitalistisch systeem onvermijdelijk. Een arbeider wordt alleen te werk gesteld als zijn uurloon lager is dat de waarde die hij in diezelfde tijd toevoegt. De meerwaarde is voor zijn baas. Afhankelijk van de tijd en de plaats kan de mate van uitbuiting wel variëren.
Dat de lonen en arbeidsomstandigheden in ons land lange tijd ‘redelijk’ zijn geweest en het hele idee van uitbuiting op de achtergrond is geraakt, heeft een reden. Dit is niet vanzelf tot stand gekomen, maar door het voeren van een klassenstrijd. In het Westen zijn hervormingsbewegingen geweest, waardoor de rechten van werknemers in wetten zijn verankerd. Bepaalde politieke partijen namen het voor de werknemers op en er werden vakbonden opgericht, waardoor werknemers een vuist konden maken.
Hogere lonen en betere arbeidsomstandigheden zijn afgedwongen door ervoor te vechten. De gevoerde klassenstrijd in dit deel van de wereld heeft ervoor gezorgd dat kapitalisten en werknemers in een evenwichtige verhouding tot elkaar kwamen te staan. Hierdoor is de mate van uitbuiting in het Westen lange tijd niet extreem geweest.
Dat hier nu werkende armen bestaan en het niveau van uitbuiting toeneemt, is een relatief nieuw verschijnsel. Tinnemans wijt dit aan de opkomst van het neoliberalisme van de laatste dertig jaar. De kapitalisten hebben teruggeslagen omdat ze vonden dat hun winstgevendheid in gevaar kwam: de lonen waren te hoog en de arbeidsrechten te ruim. Vanuit Marx’ analyse kunnen we het neoliberale beleid begrijpen als een nieuwe klassenstrijd die steeds meer in het voordeel van de kapitalist uitvalt.
De kapitalisten lobbyen om de politiek zo te beïnvloeden dat de rechten van werknemers aan banden worden gelegd, de macht van de vakbonden afneemt en de lonen laag worden gehouden. Volgens Marx-kenner David Harvey is dit de afgelopen dertig jaar stelselmatig gebeurd. De kapitalist wint steeds meer terrein, de werknemer levert verworvenheden in: de mate van uitbuiting neemt toe.
We zien een ‘race to the bottom’:
- De productie wordt verplaatst naar die plek waar de lonen het laagst zijn: werknemers in de ‘duurdere landen’ raken hun baan kwijt.
- De grenzen gaan open: goedkopere arbeidskrachten nemen het werk over van hun duurdere collega’s.
- De arbeidsmarkt wordt geflexibiliseerd: werknemers raken makkelijker hun baan kwijt.
- De loonkosten per product moeten dalen: de werkdruk voor werknemers gaat omhoog.
De lonen zijn al jaren bevroren, 'want het is crisis'. Werkgevers laten geen middel onbenut om de loonkosten omlaag en de winsten omhoog te krijgen en de politiek gaat hierin mee.
De uitbuiting wordt steeds zichtbaarder en neemt extreme vormen aan. In Amerika lopen ze wat dit betreft voorop. Een voorbeeld zijn de werknemers bij MacDonald. Zij moeten hard werken, maar ze kunnen van hun inkomen nauwelijks leven. Hun baas strijkt ondertussen een salaris van 8,75 miljoen dollar op.
De CEO van MacDonald verdient 580 keer zoveel als de gemiddelde werknemer bij dat bedrijf. Hamburgers bakken tegen hongerloon, DS De Standaard 17/12/12
Bekijkenpingback

Mc Uitbuiting, Linkse Socialistische Partij 22/12/12
Bekijkenpingback

Ruben Munsterman, HOE AMERIKAANSE FASTFOODBEDRIJVEN DE ONGELIJKHEID VOEDEN, FTM 28/04/14
Bekijkenpingback

De conclusie van Marx in Het Kapitaal is dat opeenhoping van rijkdom aan de ene pool gepaard gaat met opeenhoping van ellende aan de andere pool.
“It follows (...) that in proportion as capital accumulates, the lot of the labourer, be his payment high or low, must grow worse. (…) [The] accumulation of misery [is] a necessary condition, corresponding to the accumulation of wealth. Accumulation of wealth at one pole is, (…) at the same time accumulation of misery, the torment of labour, slavery, ignorance, brutalization and moral degradation at the opposite pole (…).“ Karl Marx, Capital (Penguin Classics, 1990), p.799
Het mechanisme van de uitbuiting, dat Marx onder de aandacht bracht, leidt tot toenemende inkomensverschillen. De overmatige verrijking van de kapitalistische klasse gaat gelijk op met steeds meer armoede onder de rest van de mensen.
Schrijf een reactie

Je mailadres blijft geheim
Je naam en mailadres zijn verplicht
Publiceer

  1. Jan Willem Hollanders  31 januari

    uitstekende analyse!

VOLG MIJ
ZOEKEN